Collectief re-integratiebeleid blijft dode letter, ondanks verplichting

93% van de Belgische organisaties heeft momenteel geen collectief re-integratiebeleid. Zo’n beleid beschrijft hoe ze langdurig zieke werknemers kunnen voorkomen of stapsgewijs terug aan de slag kunnen helpen. Nochtans is het sinds oktober 2022 verplicht om over een collectief re-integratiebeleid te beschikken en het jaarlijks te herzien. Eén op de vier geeft aan het nut ervan niet te zien. Eén op de vijf zegt niet de juiste kennis in huis te hebben.

Christel Schabon: “Een uitgewerkt arbeidsreglement en een car policy zijn evidenties voor de meeste ondernemingen. Een collectief re-integratiebeleid duidelijk nog niet."

Christel Schabon: “Een uitgewerkt arbeidsreglement en een car policy zijn evidenties voor de meeste ondernemingen. Een collectief re-integratiebeleid duidelijk nog niet."

 

Sinds eind 2022 moeten werkgevers in ons land werk maken van een collectief re-integratiebeleid. Die verplichting geldt voor grote én kleine ondernemingen, zelfs al hebben ze (nog) niet te maken met langdurig zieken op de werkvloer. De bedoeling is dubbel: langdurige ziekte maximaal voorkomen en, als er toch een werknemer uitvalt, scenario’s klaar hebben om re-integratie mogelijk te maken, zodra de gezondheid van de medewerker dat toelaat. Dat draaiboek uitwerken blijkt geen sinecure, toont onderzoek van Mensura bij meer dan 570 bedrijven en 1.300 werknemers aan.

“Een uitgewerkt arbeidsreglement en een car policy zijn evidenties voor de meeste ondernemingen. Een collectief re-integratiebeleid duidelijk nog niet. Veel organisaties doen weliswaar hun best en nemen tal van losse initiatieven. Maar de samenhang tussen die goedbedoelde acties ontbreekt waardoor ze effect missen”, zegt verzuimexperte Christel Schabon.

“Organisaties geven aan de regelgeving te complex te vinden of onvoldoende kennis in huis te hebben. Dan hoeft het niet te verbazen dat het gros van de bedrijven nog geen stevig re-integratiebeleid heeft uitgewerkt. En dat terwijl de arbeidsinspectie al meerdere ondernemingen hiervoor op de vingers heeft getikt.”
 

Bijna twee derde van de bedrijfsleiders en hr-verantwoordelijken geeft (65%) aan dat aangepast werk mogelijk is in hun onderneming.

Bijna twee derde van de bedrijfsleiders en hr-verantwoordelijken geeft (65%) aan dat aangepast werk mogelijk is in hun onderneming.

Aangepast werk: wel of niet mogelijk?

Toch hebben de meeste organisaties naar eigen zeggen wel een idee van wat er mogelijk is om langdurig zieke werknemers terug te laten keren naar de werkvloer – al dan niet geleidelijk. Zo geeft bijna twee derde van de bedrijfsleiders en hr-verantwoordelijken (65%) aan dat aangepast werk mogelijk is in hun onderneming. In de kleinste ondernemingen (63%) blijkt dit weliswaar moeilijker dan in de grotere (86%). Opmerkelijk: werknemers zelf ervaren de praktijk anders.

Christel Schabon: “Minder dan de helft (46%) van de bevraagde werknemers geeft aan dat hun bedrijf een aangepast takenpakket voorstelt na een langere periode van afwezigheid. Vooral in kleinere bedrijven met minder dan 10 werknemers blijkt een aangepast takenpakket moeilijk haalbaar: amper iets meer dan een kwart (26%) van de werknemers zegt dat dit in hun kmo mogelijk is.”

Maar ideeën hebben rond mogelijk aangepast werk volstaat niet om snel te kunnen schakelen. “Bij een concrete re-integratie komt heel wat kijken, en dan ben je beter voorbereid. Dat slechts 7% van de organisaties hun huiswerk rond krijgen, is alarmerend. Nu we de kaap van een half miljoen langdurig zieken hebben overschreden, kunnen we ons dat als maatschappij niet langer veroorloven.”
 

Een collectief re-integratiebeleid focust niet enkel op de re-integratie zelf. Het bevat ook preventieve maatregelen en een aanpak van verzuim.

Een collectief re-integratiebeleid focust niet enkel op de re-integratie zelf. Het bevat ook preventieve maatregelen en een aanpak van verzuim.

Ook verzuimbeleid ontbreekt

Een collectief re-integratiebeleid focust niet enkel op de re-integratie zelf. Het bevat ook preventieve maatregelen en een aanpak van verzuim. Dat bekrachtigde de Nationale Arbeidsraad recent nog in zijn aanbevelingen aan de Belgische ondernemingen.

Maar ook een formeel verzuimbeleid ontbreekt bij maar liefst acht op de tien bedrijven, blijkt uit het onderzoek. Zo’n beleid bevat onder andere een duidelijke visie rond het terugdringen van verzuim, afspraken, verantwoordelijkheden en procedures die werkgever en werknemers moeten volgen. Vooral de kleine bedrijven – het merendeel van de ondernemingen in België – lopen achter: slechts 16% heeft een uitgewerkt verzuimbeleid. Een gemiste kans in de war for talent, volgens Christel Schabon.

“Jongere generaties vinden welzijn op het werk erg belangrijk. Zij kiezen hun toekomstige werkgever onder meer in functie van de mate waarin werkdruk en stress vlot bespreekbaar zijn. Willen bedrijven jongere werknemers aantrekken, dan besteden ze beter de nodige aandacht aan welzijn op het werk, preventie en een goede begeleiding van zieke medewerkers. Daarbij volstaan minimale procedures zoals het registreren van afwezigheden en het administratief opvolgen van ziektebriefjes niet.”

Toch geeft slechts iets meer dan de helft van de werknemers (52%) aan dat hun onderneming voldoende preventieve maatregelen neemt om verzuim tegen te gaan. “Denk bijvoorbeeld aan het bespreekbaar maken van de workload en stress: dat ligt in 4 op de 10 ondernemingen nog moeilijk volgens werknemers. Inzetten op preventie van uitval hoort, naast gezonde arbeidsomstandigheden en (mentale) veiligheid op het werk, thuis in een uitgewerkt verzuimbeleid en is een extra troefkaart bij rekrutering.”
 

Vooral de kleine bedrijven – het merendeel van de ondernemingen in België – lopen achter: slechts 16% heeft een uitgewerkt verzuimbeleid. "Een gemiste kans in de war for talent", volgens Christel Schabon.

Vooral de kleine bedrijven lopen achter: slechts 16% heeft een uitgewerkt verzuimbeleid. "Een gemiste kans in de war for talent", volgens Christel Schabon.

Over de studie

De resultaten komen uit het grote verzuimonderzoek dat onderzoeksbureau Indiville in opdracht van Mensura afnam bij 1.355 Belgische werknemers en 571 werkgevers. De data van de werknemers en werkgevers werden gewogen om representatief te zijn voor België naar statuut, leeftijd, geslacht, taal en sector. Het verzuimonderzoek werd afgenomen in mei 2024.