De rol van data in de gezondheids- en welzijnssector wordt steeds groter. Universiteit Antwerpen en Mensura slaan daarom structureel de handen in elkaar voor data-analyse en onderzoek. Op 23 november vindt het officiële lanceringsmoment van de samenwerking plaats in het vernieuwde Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen.


Sinds 2020 sponsort Mensura de leerstoel ‘Duurzame Preventie en Welzijn op het Werk’ binnen het vakgebied veiligheidswetenschappen aan UAntwerpen. Nu versterken de instellingen hun band, die academisch onderzoek aan de praktijk verbindt.

Dr. Gretel Schrijvers, CEO Mensura group: “Mensura en Universiteit Antwerpen zijn geen onbekenden voor elkaar. Doorheen de jaren zijn er al verschillende initiatieven opgezet waarbij we de handen in elkaar slaan. Zo sponsoren wij als externe dienst een leerstoel aan de faculteit Veiligheidswetenschappen, tijdens de coronacrisis hebben we samen een studie opgezet om een vaccin te testen en momenteel doctoreert een van onze artsen aan de universiteit.

De positieve ervaring van die krachtenbundeling heeft ertoe geleid dat we ons zijn gaan afvragen of er geen muziek zit in een structurele samenwerking. En het antwoord is een overduidelijk ja. Om het corporate wellbeing in de Belgische organisaties naar een hoger niveau te tillen, zijn data-analyse en wetenschappelijk onderzoek een belangrijke hefboom.”
 

Prof. Guy Hubens, decaan Faculteit Geneeskunde en Gezondheidswetenschappen Universiteit Antwerpen:

“We zijn ervan overtuigd dat we als universiteit en externe dienst samen een belangrijke link kunnen leggen tussen de wetenschappelijke wereld en de bedrijfswereld. Mensura heeft nauwe banden met bijvoorbeeld de Antwerpse haven en de chemiesector en verzamelt veel medische data, cijfers over veiligheid... Een goudmijn voor wetenschappelijke studies, die ons moeten toelaten om in een snel evoluerend werkveld nog meer preventief en zelfs predictief te kunnen optreden.

Als spelers in het maatschappelijke veld zijn we blij dat we met onze versterkte samenwerking op termijn nog meer positieve impact zullen hebben op leven en werk.”