Elektronische aanwezigheidsregistratie op bouwwerven
De elektronische aanwezigheidsregistratie op bouwwerven is een wettelijke verplichting geworden na het verschijnen van de wet van 8 december 2013 in het BS (zie volledige titel onderaan dit bericht). De wet bevat twee belangrijke elementen.
Het eerste deel handelt over de geharmoniseerde en één enkele voorafgaande aangifte van de werken bij verschillende administraties (trad in werking vanaf 1 januari 2014). Deze voorafgaande aangifte wordt hier verder niet behandeld. Het tweede deel handelt over de elektronische aanwezigheidsregistratie (inwerkingtreding op 1 april 2014) en komt hier aan bod. Met dit systeem wil de overheid te weten komen welke personen op een bepaald moment op een bouwplaats aanwezig zijn, voor wie ze werken, en of ze dit doen als werknemer of zelfstandige.
Bouwplaatsen
Er wordt een aanwezigheidsregistratie ingevoerd voor werken op bouwplaatsen waarvan het totaalbedrag gelijk is aan of hoger dan 800.000 euro, exclusief BTW.
Elke persoon die zich aanbiedt op een tijdelijke of mobiele bouwplaats moet onmiddellijk en dagelijks zijn aanwezigheid op de bouwplaats registreren, ongeacht zijn statuut of herkomst. De wettelijke basis voor dit registratiesysteem wordt ingelast in de welzijnswet voor werknemers. De registratie gebeurt via een ‘elektronisch aanwezigheidsregistratiesysteem’.
De nieuwe regeling is van toepassing op:
- de werkgevers en de zelfstandigen die als (onder)aannemer activiteiten verrichten bij de uitvoering van het bouwwerk
- de werknemers die de opdrachten uitvoeren
- de bouwdirectie die belast is met de uitvoering
- de veiligheidscoördinator
Registratiesysteem
Het registratiesysteem omvat een gegevensbank van de overheid, een registratieapparaat (soort prikklok) die de gegevens registreert en doorzendt naar die gegevensbank alsook een registratiemiddel (soort badge) om de identiteit van de geregistreerde persoon te bewijzen. Die twee laatste zijn ‘fysiek’ aanwezig op de bouwwerf.
De registratie omvat:
- de identificatiegegevens van de natuurlijke persoon
- het adres of de geografische omschrijving van de ligging van de werf
- de hoedanigheid waarin een natuurlijke persoon prestaties verricht op de werf (werknemer of zelfstandige)
- de identificatiegegevens van de werkgever wanneer het om een werknemer gaat
- de identificatiegegevens van de natuurlijke of rechtspersoon die de opdracht geeft wanneer het om een zelfstandige gaat
- het tijdstip van de registratie en een registratienummer
Inspectie en Sociaal strafwetboek
De registratie is een belangrijk instrument in de strijd tegen fraude. De wetgever bepaalt dan ook uitdrukkelijk dat de sociale inspecteurs en de instellingen van sociale zekerheid de gegevens in het registratiesysteem kunnen raadplegen, onderling uitwisselen en gebruiken bij de uitoefening van hun taken.
Verder werd er ook een nieuwe bepaling ingevoegd over de registratieplicht in het Sociaal strafwetboek. (sancties van niveau 1 tot 4). De persoon die zich niet registreert, riskeert een sanctie van niveau 1.
Wetteksten:
- Wet van 8 december 2013 tot wijziging van artikel 30bis van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders en tot aanpassing van de bepalingen van de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk die betrekking hebben op de voorafgaande aangifte en op de registratie van aanwezigheden voor wat de tijdelijke of mobiele bouwplaatsen betreft, BS 20 december 2013.
- Artikel 131 van het Sociaal Strafwetboek
Bron
Sentral Kluwer - Nieuws - 08/01/2014 - Auteur: Steven Bellemans
Wat kan Mensura voor u doen?
Als uw bedrijf op een bouwplaats actief is, dan bent u verplicht aan de bouwheer het resultaat te overhandigen van de risicoanalyse over de uit te voeren werkzaamheden. Deze risicoanalyse krijgt zijn neerslag in een veiligheids- en gezondheidsplan. Mensura kan u helpen bij het opstellen van dit plan.